Belgische melkveehoudster Sanne legt de lat hoog bij kalveropfok
- Rundvee
'Diarree bij kalveren is niet alleen frustrerend, maar ook tijdrovend en heeft een grote impact op de gezondheid en groei', zegt de Belgische melkveehoudster Sanne Theuwissen. Maar sinds ze is overgestapt op een nieuw type kalvermelk van Trouw Nutrition, is het aantal gevallen drastisch verlaagd.

Vanaf dag 1 wordt de ontwikkeling van een kalf sterk beïnvloed door de voeding die het krijgt. Het is essentieel om in een vroeg stadium een uitgebalanceerd dieet te bieden om gezonde dagelijkse groei, robuustheid en de latere melkproductie positief te beinvloeden. Het opfokken van kalveren is wel een vak apart; een die tijd, aandacht en goed doordachte beslissingen vereist. Maar het loont. De resultaten van een goede opfok zijn direct terug te zien in het kalf, maar ook in de vele lactaties die volgen.
Een goed voorbeeld van een gerichte aanpak in kalveropfok is de werkwijze en passie van de 35-jarige melkveehoudster Sanne Theuwissen. Samen met haar vader runt ze haar bedrijf in Bochelt, België met 279 melkkoeien en 277 stuks jongvee. De koeien krijgen een maïs- en grasrantsoen van eigen bodem. De vader van Sanne richt zich op de akkerbouwtak (aardappelen en erwten onder andere). Het melkveebedrijf heeft vier melkrobots en de gemiddelde melkproductie per koe is momenteel 12.600 liter per jaar, met een vetpercentage van 4,15% en een eiwitpercentage van 3,55%.
Efficiëntie en sterke focus op kalveren
De goede melkproductie en gehaltes weerspiegelen de hoge kwaliteit van management op alle niveaus, maar ook de efficiëntie en een laserfocus die Sanne en haar vader hebben. Ze legt uit: 'België heeft een strenge milieuregelgeving, dus uitbreiding van ons bedrijf is geen optie. We willen ook geen extra personeel aannemen, dus onze focus ligt op het optimaliseren wat we op dit moment hebben qua veestapel. Dit betekent dat elk dier telt en dat de kalveropfok vlekkeloos moet zijn.' De kalveren van Sanne krijgen 9 liter kalvermelk per dag, verdeeld over twee porties. Door gebruik te maken van de MelkTaxi wordt elk hoknummer automatisch gedetecteerd en de juiste hoeveelheid kalvermelk voor elk kalf afgestemd. Het aantal liters wordt voor elk hok geregistreerd en opgeslagen.
Sanne en haar vader zijn al jaren trouwe klanten van Trouw Nutrition en het opfokschema van 9 liter per dag per kalf is gebaseerd op het LifeStart-concept. Studies binnen dit concept, ontwikkeld door Trouw Nutrition, hebben laten zien dat het voeren van meer dan 8 liter melk per dag in twee delen aanzienlijke voordelen heeft voor groei, ontwikkeling en levensduur van de dieren. 'Wij geloven heel erg in deze aanpak en we zien dat veel melkveehouders in België en Luxemburg al boven de 8 liter per dag per kalf zitten. Andere landen zijn nog wat conservatiever en voeren vaak richting de 6 liter,' legt Sanne uit.
Kalverdiarree: een constante dreiging
Ondanks de uitstekende dagelijkse groei van de kalveren en de hoge melkproductie is kalverdiarree altijd een vrees, zoals wellicht voor elke melkveehouder. 'Kalverdiarree voorkomen is een constante strijd, en jarenlang kregen we hier niet goed grip op. Bijna elk kalf op ons bedrijf kreeg toentertijd wel enige vorm van diarree, meestal tussen dag 7 en 10. Het was ongelooflijk frustrerend omdat ik alle protocollen volgde en alles volgens het boekje deed. We hebben zelfs de Universiteit van Gent ingeschakeld om te onderzoeken of er mogelijke ziekteverwekkers of iets anders aanwezig was. Maar het probleem wilde maar niet verdwijnen.'
Misschien was het het blauwtongvirus waar het bedrijf van Sanne helaas in 2024 ook mee te maken kreeg, dat mogelijk de koeien, de kalveren en de biestkwaliteit heeft aangetast. Maar uiteindelijk kon geen enkele oorzaak of ziekteverwekker worden aangewezen als dé reden achter de terugkerende gevallen van diarree. Dat begon allemaal te veranderen in mei 2024, toen Trouw Nutrition Sanne uitnodigde om als een van de eerste melkveehouders een nieuwe kalvermelk (Sprayfo Ultimo) te proberen. Uiteraard stond Sanne hier voor open, en die beslissing bleek de sleutel. Frustratie maakte plaats voor gemoedsrust.
Sanne Theuwissen (35) geniet ervan om bezig te zijn met de kalveren en is continu op zoek naar manieren om verder te optimaliseren. Foto: Emmy Koeleman
Overstappen op een nieuwe kalvermelk
Nu, een jaar later na de overstap op de nieuwe kalvermelk (zowel bij de stier- als bij de vaarskalveren), vertoont slechts één op de tien kalveren diarreesymptomen, en zelfs dan herstellen ze snel. Sanne legt uit: 'Ze groeien sneller en ze lijken veerkrachtiger en energieker te zijn. Als ik nu langs de kalveren loop en al die gezonde, glanzende dieren zie, weet ik dat we iets goed doen. Ook andere gezondheidsklachten bij het jongvee, zoals luchtwegproblemen, zijn verminderd. Dit is een combinatie van de nieuwe kalvermelk en de introductie van individuele voeding, waardoor het risico op verspreiding van ziekteverwekkers wordt geminimaliseerd.'
Maar wat is het geheim van deze nieuwe kalvermelk die Sanne gebruikt? Het product is geformuleerd met een specifieke vetzuurbalans waardoor de kalvermelk zeer dicht tegen de eigenschappen van koemelk aanzit. Het voordeel van de specifieke vetzuurbalans (zoals die in koemelk voorkomt) is dat de kalvermelk beter aansluit bij de biologische behoeften van de kalveren en een betere darm- en pensontwikkeling bevordert. Dit laatste is essentieel om het kalf beter voor te bereiden op de overgang van melk naar ruwvoer.
Kalveren hebben vet nodig, en in de juiste vorm
Vet is een cruciaal nutriënt voor kalveren, omdat het een sterk geconcentreerde energiebron is. Daarnaast is vet in melk onder andere belangrijk voor de ontwikkeling van organen, darmgezondheid en de microbiota, metabolische functies, immuniteit en stimulatie van de zuigreflex. Biest is een goede bron van vet (en andere essentiële voedingsstoffen) als het kalf net geboren is. De meeste melkvervangers voor kalveren, opvolgend op de biest, bevatten echter doorgaans een lager vetgehalte op basis van de drogestofgehalte (16-20%) in vergelijking met koemelk (ongeveer 30% vet). Uit onderzoek blijkt echter dat het verhogen van het vetgehalte in kalvermelk leidt tot minder ziektebehandelingen, verbeterde mestscores, en verminderde sterfte bij de kalveren.
Naast het verhogen van het vetgehalte in de kalvermelk is ook het type vet belangrijk. Melkvervangers bevatten meestal geen melkvet, maar andere (goedkopere) vetbronnen zoals palmolie, koolzaadolie of dierlijke vetten (anders dan melkvet). Deze alternatieve vetbronnen hebben andere vetzuurprofielen en triglyceridenstructuren dan melkvet. Waarom is dit belangrijk? Onderzoek toont aan dat wanneer de vetsamenstelling aanzienlijk verschilt van melkvet, kalveren meer risico lopen op het ontwikkelen van diarree. Sprayfo Ultimo is een nieuwe categorie 'kalvermelk' met een vetgehalte van 26% en een individueel vetzuurprofiel dat het profiel in koemelk nabootst (via een unieke, gepatenteerde werkwijze). Deze nieuwe kalvermelk is in 2024 door Trouw Nutrition op de markt gebracht.
De juiste keuze op het juiste moment
'Een ziek kalf kost zowel tijd als geld, en dat zijn kosten die je niet terug ziet of krijgt', legt Sanne uit. 'Vooral diarree is iets wat ontzettend arbeidsintensief is. Het kalf stopt met drinken, je moet elektrolyten geven, en de emmers grondig schoonmaken. Al deze activiteiten tellen bij elkaar op en halen het plezier uit het werk.'
Nu het aantal kalveren met diarree flink is gedaald, heeft Sanne meer tijd om zich te richten op andere taken op het bedrijf, waaronder het verder optimaliseren van de kalveropfok. 'Als ondernemer streef je er altijd naar om het beter te doen, zie je altijd kansen voor verbetering', zegt ze. 'We staan nu op het punt om de eerste groep vaarzen te insemineren die volledig op de nieuwe kalvermelk zijn opgefokt, en ik ben erg enthousiast om te zien hoe ze presteren in hun eerste lactatie en de impact op de lange termijn.'
Wat begon als een proefperiode met de nieuwe kalvermelk bleek al snel de juiste keuze op het juiste moment te zijn. 'We blijven daarom zeker Sprayfo Ultimo voeren', aldus Sanne.
Dit artikel verscheen eerder op Dairy Global.